- Dit evenement is voorbij.
Florens Ensemble: Virtuoze 17e eeuwse muziek
5 maart 2022 van 13:30 tot 14:30
Kim Stockx: Dulciaan en blokfluit
Emma Huijsser: Barokharp en blokfluit
Edoardo Valorz: Klavecimbel en orgel
“An instrumental songbook”
In Shakespeares tijd was het en vogue in Engeland om verschillende soorten muziekinstrumenten met elkaar te combineren. Het Florens Ensemble wekt dit gebruik weer tot leven in het programma ‘An Instrumental Songbook’.
De zelfs in onze tijd nog populaire liederen van John Dowland vormen de kern van het programma, waarbij de bijzondere combinatie van instrumenten met darmsnaren (harp) en metalen snaren (klavecimbel) verkend wordt. Daarnaast speelt de dulciaan een grote rol als virtuoos solo instrument. Dit bijzondere basinstrument, voorloper van de moderne fagot, komt tot klinken in muziek van onder andere Bartolome’ Selma y Salaverde, zelf in zijn tijd een gevierd dulciaan speler.
Kim Stockx
Kim Stockx, studeerde blokfluit bij Dorothea Winter en Daniël Brüggen aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag.
Na het behalen van haar Bachelor diploma in 2009 besloot Kim verder te studeren: Dulciaan, Barokfagot en Klassiek fagot bij Donna Agrell, Wouter Verschuren en Alberto Grazzi. In 2012 ontving Kim haar tweede Bachelor diploma en in 2014 haar Master diploma, beiden Cum Laude.
Kim speelt in diverse barokorkesten en ensembles zoals Holland Baroque, Amsterdam Baroque Orchestra, Collegium Marianum Prague, PRJCT Amsterdam, Cappella Maria Barbara en Bachakademie Stuttgart. Ze werkt met dirigenten zoals Ton Koopman, Alexander Weimann, Hans-Christoph Rademann, Peter Dijkstra, Lars Ulrik Mortensen, Patrick Ayrton, Peter van Heyghen, Charles Toet, Jos Vermunt, Christina Pluhar en Emilio Moreno.
Kim heeft opgenomen voor labels zoals Sony Classical en Dutch Baroque records.
Emma Huijsser
Als kind volgde Emma Huijsser harplessen bij Marijke Ferguson en blokfluitlessen bij Kees Otten, beiden behorend tot de pioniers van de Oude Muziek in Nederland. Vervolgens studeerde zij blokfluit aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Dorothea Winter, Sébastien Marq en Daniël Brüggen. Haar master diploma blokfluit behaalde zij daar in 2011. Haar besluit om ook haar harpstudie voort te zetten, bracht haar naar Italië, waar zij studeerde bij Mara Galassi aan de Civica Scuola di Musica Claudio Abbado in Milaan. Voor deze tweede studie ontving zij zowel een Huygens als een VSB-fonds beurs en zij behaalde haar master diploma barokharp aldaar in 2017.
Emma treedt als barokharpiste regelmatig op met verschillende ensembles en orkesten zoals La Sfera Armoniosa o.l.v. Mike Fentross, het Tulipa Consort o.l.v. Johannette Zomer, Música Temprana o.l.v. Adrián Rodríguez Van der Spoel, het Amsterdam Baroque Orchestra van Ton Koopman, en de Holland Baroque Society. Met deze ensembles en orkesten trad zij op in Concertgebouw Amsterdam, Concertgebouw Brugge, Muziekgebouw aan het IJ, in Festivals zoals het Festival Oude Muziek Utrecht en Itinéraire Baroque in Frankrijk en op televisie in de Wereld draait door en Podium Witteman. Daarnaast was zij te horen in operaproducties in de Komische Oper Berlin, o.l.v. Konrad Junghänel en in de Innsbrucker Festwochen.
Als soliste speelde zij onder andere recitals in het festival Itinéraire Baroque van Ton Koopman en in Kassel, Duitsland soleerde zij in het harpconcert HWV294 van G.F. Haendel.
Edoardo Valorz
Edoardo Valorz, geboren in Italië, studeerde orgel bij Wijnand van de Pol en klavecimbel bij Patrizia Marisaldi in Vicenza. In Den Haag studeerde hij aan het Koninklijk Conservatorium klavecimbel bij Ton Koopman en Tini Mathot, en basso continuo bij Patrick Ayrton. Als solist en continuospeler – klavecimbel en orgel – speelde Edoardo op diverse Festivals, zoals Utrecht Oude-Muziek, Antiqua, Itinéraire Baroque, Seoul Early Music en anderen. Hij speelde in diverse barokorkesten en ensembles zoals het Amsterdam
Baroque Orchestra, Symphonie Atlantique, PRJCT Amsterdam, Northern Consort en Concordi Musici. Hij werkte samen met dirigenten als Ton Koopman, Christopher Hogwood, Bart Kuijken, Peter Van Heyghen, en Alfredo Bernardini. Edoardo heeft opgenomen voor de labels Audioguy (KR) en Sony Classical.
Edoardo is promovendus aan de Universiteit Leiden en het Orpheus Instituut van Gent. Hij doceert het vak Historische Ontwikkeling van het Klavecimbel, en Klavecimbel aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag.
Programmatoelichting:
In Shakespeares tijd was het en vogue in Engeland om verschillende soorten muziekinstrumenten met elkaar te combineren. Deze consort muziek werd ter recreatie en met didactische doeleinden gespeeld in kamermuziek opstelling, of puur ter vermaak tijdens grote feestelijke bijeenkomsten. Het genre werd ook steeds belangrijker in theaterproducties, als achtergrondmuziek gespeeld vanuit de coulissen of op het podium als deel van het verhaal.
Thomas Morley (1557 -1602) was een van de allereerste Engelse componisten die een collectie van populaire melodieën “made by the most Exquisite Authors” heeft gepubliceerd, voor zes specifieke instrumenten: een luit, een pandora, een cittern, een bas- en alt viola da gamba en een fluit. Hoewel de componisten van de melodieën in Morleys “the First book of consort lessons” (1599) niet genoemd worden, is het eenvoudig om ze te herkennen. De “Lachrimae Pavin”, “Can she excuse my wrong” en “Frog Galliard” behoren bijvoorbeeld tot de beroemdste melodieën van John Dowland en worden zelfs in onze tijd nog gebruikt in popmuziek.
Deze liederen van Dowland in de setting van Morley vormen de kern van het programma. De bijzondere combinatie van instrumenten met darmsnaren (luit) en metalen snaren (pandora en cittern) wordt door ons behouden door de combinatie van harp (darmsnaren) en klavecimbel (metalen snaren). De melodie wordt tot klinken gebracht door de blokfluit, zoals Morley het waarschijnlijk in gedachten had.
Hieromheen wordt zestiende- en vroeg zeventiende-eeuwse instrumentale muziek tot klinken gebracht, in heel Europa in die tijd diepgaand gebaseerd op het model van vocale muziek. Liederen, airs en madrigalen werden gebruikt voor een oneindig aantal instrumentale versies, gerealiseerd door middel van de meest doorwrochte compositietechnieken, waarbij verschillende nuances werden toegevoegd aan bekende melodieën. Een mooi voorbeeld hiervan zijn de talloze variaties op het gevierde madrigaal “Susanne on jour” door de Vlaamse componist Roland Lassus (1532- 1594). De “Susanna passagiata” van Bartolome’ Selma y Salaverde, voor een ongespecificeerd basinstrument, zal tot klinken worden gebracht op dulciaan begeleid door harp, orgel en klavecimbel. Het feit dat Selma y Salaverde een gevierd bespeler van de dulciaan was, actief in Spanje en Oostenrijk, suggereert dat de virtuoze variaties voor dit instrument waren bedoeld.